Abu Barzah verhaalt dat de Boodschapper van Allah, vzmh, zei:
“Een dienaar van Allah zal tijdens de Dag des Oordeels blijven staan tot hij ondervraagd wordt over zijn leven en hoe hij dat besteed heeft; en over zijn kennis en wat hij ermee gedaan heeft; en over zijn rijkdom, hoe hij die verkregen heeft en wat hij ermee gedaan heeft; en over zijn lichaam en hoe hij het opgebruikt heeft.” (Tirmizi)