“Jullie dienen dit niet op te zeggen: ‘O Allah, als U wilt kunt U mij vergeven, als U wilt kunt U medelijden met mij hebben.’ Hij dient van Allah datgene te vragen wat hij wilt en niet terughouden te zijn met het vragen, want er is niets wat Allah tegen kan houden om een doe’a onbeantwoord te laten.” (Buhari, Moeslim)
Eén van de redenen waarom een mens terughoudend en aarzelend reageert in het geval hij een dua doet: Hij denkt dat zijn zonde zo groot is, dat Allah hem niet zal kunnen vergeven. Er is geen grens aan de vergevingsgezindheid van Allah gebonden. Hoe groot de zonde ook is, de barmhartigheid van Allah is groter en breder dan de zonde. Er is volgens de Profeet (vzmh) geen enkel reden om je vertrouwen in de barmhartigheid van Allah te verliezen. Er is niets wat Allah kan tegenhouden om te vergeven. Een mens hoeft alleen maar op een intieme wijze zijn spijt betuigen en proberen dezelfde zonde niet meer te begaan. Een ieder die in Allah gelooft zal zijn vertrouwen in Allah nooit verliezen; hij dient slechts waardig te zijn om vergeven te kunnen worden.